<=
Krachten par 1-3
Vul de onderstaande tekst steeds aan met de juiste gegevens
Vul al de gaten en klik daarna op de controlebutton.
Jesse staat op de weegschaal en leest zijn gewicht af. Hij roept naar zijn zusje: “ik weeg 52,3”.
Nu heeft zijn zusje Marieke natuurkunde op school en gaat precies vertellen hoe het zit met de zwaartekracht op het lichaam van Jesse.
Vul grootheid en eenheid in: Dan is de massa dus
= 52,3
.
Om de zwaartekracht te berekenen gebruik je de formule
=
x 10.
We vullen in en rekenen uit:
=
x 10 =
.
Je kunt krachten tekenen als een vector
De kracht, getekend als een blauwe vector (pijl), is 3,5 cm lang. De schaal is 1 cm = 12 N. Dan is de kracht dus
N.
De rode vector is 5,2 cm lang. Deze vector stelt een kracht voor van 26 N. dan is de krachtenschaal 1 cm =
N
In de onderstaande tekening staan wat krachten getekend.
De zwaartekracht is juist getekend op bol
[A/B/C/D]?
De normaalkracht is juist getekend op bol
[A/B/C/D]?
Op een voorwerp werken meerdere krachten.
De nettokracht op dit voorwerp is
N.
Het voorwerp stond stil maar gaat bewegen.De richting waarin het gaat bewegen is
[rechts/links]
Controle
Hint
OK
<=